Titel | Werkstad
Er is veel te zien op deze linosnede. De compositie wordt gedomineerd door de drie figuren op de voorgrond. Een jongen duwt een houten kar, waarop een dichtgebonden zak en een aantal kistjes liggen, over de ronde straatkeien. Naast hem lopen twee vrouwen met volle draagbuidels op borsthoogte. In die buidels lijken kranten te zitten. De vrouw rechts houdt er een omhoog. Links achter hen zien we nog twee mannen, waarvan een een hoed draagt. Wat verderop is nog een man weergegeven. Hij staat met zijn rug naar een huizenrij, die vrijwel de gehele achtergrond vult.
Met hun opmerkelijke, ronde, ‘boertige’ gelaatstrekken hebben de figuren wel wat weg van Van Goghs Aardappeleters (1885). De doorgroefde gelaten verraden hun moeizame bestaan, waarin de zorg voor het dagelijkse leven alle aandacht voor uiterlijkheden verdringt. Hun krachten zullen nog danig op de proef worden gesteld. Op het moment dat Weiland deze prent maakt, staat de wereld aan het begin van een van de grootste economische depressies in haar geschiedenis.
Rechtsboven in de prent zijn de letters VÆVO te lezen. Boon heeft de linosnede waarschijnlijk gemaakt in opdracht van de Vereniging tot Bevordering van Aesthetisch Element in het Voortgezet Onderwijs. Dergelijke prenten werden onder de leden van de Vereniging verspreid en dienden als wanddecoratie in het schoollokaal.