Titel | Portret van zijn vrouw
Zeegroen, bordeauxrood en fluweelblauw – de kleuren knallen van het portret af dat Sjef van Schaijk in 1947 maakte van zijn echtgenote. Naast kleurgevoel valt ook het compositorisch inzicht van de Helmondse schilder op. Zo brengen de positie en vormgeving van het gordijn, de vloerrand en de hoed tegelijk spanning en evenwicht in het beeldvlak.
Hoewel er sprake is van enige modellering door middel van kleurovergangen en schaduwwerking, doet de weergave van de vrouw vlak en weinig naturalistisch aan. Zo oogt het gezicht eerder als een masker dan als een gelaat van vlees en bloed. Dit komt door de nadrukkelijke contourlijnen en de vergaande stilering van de gelaatstrekken, waarbij alle expressieve kenmerken, zoals lachrimpels en huidplooitjes, zijn weggepoetst. De extra aangezette wenkbrauwboog die in een vloeiende lijn overloopt in de neusbrug, geldt als een stijlkenmerk van Van Schaijk. Haargrens, halslijn, kin en mond zijn met dezelfde gracieuze lijnvoering vormgegeven.
Alleen in de wollige, meerkleurige, wat dikker opgelegde pompons op de hoed en de witte puntjes op de knoopjes van de jurk wordt de gladde volmaaktheid van de voorstelling doorbroken.