Titel | Classificeerder II
Een man met een door witte vlekken besmeurde overall en alpinopet kijkt de toeschouwer direct aan. Zijn lichaam is op borsthoogte aangesneden. Het harde zonlicht van linksboven creëert een contrastrijk spel van licht en schaduw op zijn gezicht en werkkleding. De achtergrond is donker.
Cor Jaring fotografeert vanaf het begin van zijn carrière tot op hoge leeftijd de Amsterdamse haven, die hij kent als zijn broekzak. Als volksjongen verricht hij sinds begin jaren zestig allerlei werkzaamheden in de haven. Maar eigenlijk wil hij liever fotograaf worden en neemt zijn camera mee naar het werk om daar zijn rauwe portretten te maken van zijn maten, in contrastrijk zwart-wit. Begin jaren zeventig begint hij de Amsterdamse haven stelselmatig in beeld te brengen. Hij ziet de verandering zich aftekenen: de komst van gastarbeiders, de economische terugval en de afname van fysiek zware arbeid. Uit eigen ervaring weet hij nog hoe het vroeger was: “Overal kwamen mensenhanden aan te pas. Granen, erts, kolen. Ruimen legen, schoonmaken, onderhoud, schilderen. Stof en vuiligheid.” In 2001 wordt een ruime selectie gebundeld in het boek ‘De Amsterdamse haven’.