Crash

Crash - ps. Van John Matos (New York 1961) John Matos, alias Crash, begon net als veel andere graffitischrijvers al op jonge leeftijd met het maken van graffiti. Als twaalfjarige keek hij de kunst af van oudere jongens die hun tags op de wagons van de New Yorkse metro spoten. Drie jaar later, in 1976, kon hij zijn eerste whole train op zijn naam schrijven. Matos bleef actief in de ondergrondse van New York tot 1980, toen hij definitief overstapte op werken op doek. In datzelfde jaar exposeerde hij zijn werk in Fashion Moda, een centrum voor hedendaagse kunst met een experimentele inslag in de wijk The Bronx in New York. Daarbij nam hij zelf de organisatie voor zijn rekening. Crash behoort tot de groep graffitikunstenaars waarbij figuratie een belangrijke rol speelt, net als bij Dondi White, Quik en NOC 167. Hij verwerkte typisch Amerikaanse, aan de populaire cultuur ontleende ‘iconen’ in zijn composities, zoals stripfiguren, film- en popsterren, het Vrijheidsbeeld, het silhouet van Manhattan en het $-teken. Qua thematiek doet hij zijn naam vaak eer aan. Veel van zijn werk refereert aan geweld: ontploffende auto’s, gevechtsvliegtuigen en vlammenzeeën keren regelmatig terug in zijn oeuvre. Vanwege zijn thematiek en stijl wordt vooral Crash’ latere schilderwerk wel vergeleken met het werk van Roy Lichtenstein. Vaak geeft hij zijn figuren slechts weer met een onderdeel (bijvoorbeeld een hand of een oog) dat hij in heldere kleuren binnen strakomlijnde kaders uitvergroot of abstraheert. Op het doek schuift hij een aantal van dergelijke beeldelementen in en over elkaar, afgewisseld met fragmentarisch weergegeven tekstfragmenten. Het resultaat is kleurrijk, expressief en suggestief. Zijn veelzijdigheid wordt benadrukt in de verschillende media waarin hij zich uitdrukt. Zo hanteert Crash naast de spuitbus ook het potlood en de kwast en heeft hij verschillende aquarellen en litho’s op zijn naam staan.